Digitaalvaardig in de zorg

Digivaardigindezorg

Zorgtechnologie verplicht op het menu bij Albeda Zorgcollege

Het Albeda Zorgcollege bereidt alle 3700 studenten grondig voor op het werken met digitale systemen en technologie in hun latere baan. ‘Studenten volgen een verplicht studieonderdeel van 480 uur dat hierover gaat’, aldus docent en ‘kartrekker’ Arjan van den Broek. De e-learning van Zorg voor Nu is hiervan een onderdeel.

Sinds 2016 besteedt het Zorgcollege bewust aandacht aan zorgtechnologie. ‘Een belangrijke aanleiding was dat uit diverse rapporten bleek dat we het met enkel zorgmedewerkers niet meer gaan redden in de toekomst. Zorgtechnologie is nodig om de kwaliteit van zorg te blijven garanderen’, aldus Arjan. ‘Daarnaast merkten we dat sommige zorgorganisaties heel actief zelf aan de gang gingen met zorgtechnologie. Studenten van ons kwamen steeds vaker op school met vragen over technologische hulpmiddelen die ze in de praktijk tegenkwamen.’

Belevingsruimte
Het Zorgcollege wil graag aansluiten én vooroplopen bij nieuwe ontwikkelingen in de zorg en besloot daarom gericht aandacht te gaan besteden aan zorgtechnologie. ‘We ontwikkelden een eigen e-learning’, vertelt Arjan. ‘Ook hadden we technologische hulpmiddelen aangeschaft. Maar die zijn vrij prijzig. Bovendien gaan ze maar een jaartje of twee mee. Daarom heb ik voorgesteld om te kijken of we bedrijven zo ver konden krijgen dat ze technologische producten wilden doneren.’
In het Albeda College is met deze producten een ‘Belevingsruimte’ ingericht. Studenten krijgen hier informatie over – en kunnen ervaring opdoen met – verschillende producten. ‘Denk bijvoorbeeld aan sociale robots, rolstoelrollaters, Google Glass-brillen, hulpmiddelen voor het aantrekken van steunkousen’, somt Arjan op. Ook vinden studenten hier folders van Zorg van Nu, een initiatief van het Ministerie van VWS om de bekendheid met ‘slimme zorg’ te vergroten.

E-learning
Daarnaast volgen alle studenten sinds 2019 de e-learning van Zorg voor Nu. Deze kwam in plaats van de eigen e-learning van Albeda. ‘Het mooie van de nieuwe e-learning is dat studenten steeds moeten kiezen welke technologie ze willen inzetten in een realistische beroepssituatie. Vervolgens kunnen ze gelijk de toepasbaarheid zien. Deze aanpak wordt door studenten heel goed ontvangen’, aldus Arjan.
In totaal zijn studenten zo’n 48 uur op school bezig met zorgtechnologie. ‘Daarnaast gaan ze er in de praktijk mee aan de slag, bijvoorbeeld in de vorm van stageopdrachten’, aldus Arjan. ‘Ook leren ze op de werkvloer over bijvoorbeeld het ECD. Dit behandelen we op school niet, omdat er zoveel verschillende systemen in omloop zijn.’ Het studieonderdeel wordt afgesloten met een verplicht examen.

Voorkennis
Arjan merkt dat aankomende studenten meestal weinig weten van zorgtechnologie. ‘Het gros heeft daar geen beeld van en geen ervaring mee. Maar ik merk dat ze het in de loop van de opleiding wel interessant gaan vinden.’
De digitale vaardigheden van startende studenten zijn meestal beter op orde, ziet Arjan. ‘Covid heeft daar enorm aan bijgedragen. Studenten zijn toen snel vaardiger geworden aan de knoppenkant. Maar niet altijd aan de beroepshouding-kant. Hoe gebruik je LinkedIn op een positieve manier? Wat is een goede, zakelijke profielfoto? Wat kun je delen op social media als het gaat over je werkgever of over cliënten? Qua mediawijsheid hebben we studenten nog wel wat te leren.’

Drempels
Arjan vertelt dat zorgorganisaties best vaak beschikken over aardig wat technologische hulpmiddelen en digitale toepassingen. Tegelijkertijd zien studenten dat deze lang niet altijd omarmd worden door het personeel. ‘Studenten lopen er soms tegenaan dat het lastig is om innovaties te implementeren, omdat er weerstand is bij collega’s.’ Daar komt nog bij dat zorgorganisaties veel dure producten achter slot en grendel bewaren, constateert Arjan. ‘Dan moet je eerst om een sleutel vragen. Dit werpt natuurlijk een drempel op.’

Acceptatie bevorderen
Tegelijkertijd ziet Arjan dat de weerstand wel steeds minder wordt. ‘De nieuwe generatie zorgprofessionals – onze studenten – is immers digitaal vaardiger en vertrouwd met zorgtechnologie. Zij weten hun collega’s daar steeds beter in mee te nemen. Bovendien zijn er gelukkig steeds meer hulpmiddelen die niet zo ingewikkeld zijn. Bijvoorbeeld een heupairbag, die automatisch “uitklapt” als iemand valt. Of een slaaprobot die mensen helpt hun ademtempo te vertragen, waardoor ze beter slapen’, somt Arjan op. ‘Deze hulpmiddelen kan iedereen zó inzetten. Bovendien zijn ze niet duur. Dit helpt bij de acceptatie ervan.’
Vanaf 2019 organiseert het Albeda hackatons om boven tafel te krijgen waar zorgorganisaties tegenaanlopen. ‘We kijken hoe we met technologie en innovatie hun knelpunten kunnen oplossen’, vertelt Arjan. ‘Vervolgens ontwikkelen we oplossingen op maat, bijvoorbeeld een systeem voor personenalarmering, in de vorm van een ring. Dat draagt ook bij aan de acceptatie van zorgtechnologie.’

Tips voor docenten:

  • Bied niet te veel theorie, maar ga praktisch aan de slag. ‘Studenten willen ervaren hoe iets werkt.‘
  • Begin klein. ‘Met enkele goed toepasbare producten kun je studenten al enthousiast maken voor de mogelijkheden van zorgtechnologie.’
  • Werk samen met andere opleidingen en zorgorganisaties, bijvoorbeeld in hackatons.
  • Benader bedrijven. ‘Die zijn zeker bereid om hun producten op scholen te zetten ten behoeve van het onderwijs.’