Zorgtechnologie krijgt een steeds belangrijker aandeel in de zorg. Handig dus als het onderwijs het gebruik van zorgtechnologie vanaf het begin meeneemt. Dat vindt ROC van Twente ook. De vernieuwing van de kwalificatiedossiers voor de opleidingen verzorgende IG en verpleegkunde was dé perfecte aanleiding. Anne-Ruth Oosterbroek, docent-onderzoeker bij het practoraat zorg & technologie: “De vraag ‘kan ik hier zorgtechnologie gebruiken’ moet een automatisme worden.”
Anne-Ruth noemt de vernieuwing van de kwalificatiedossiers ‘een grote, belangrijke stap’. “Voor het eerst staat de inzet van technologie expliciet in het dossier. En is het daarmee verplicht om het in het onderwijs te laten terugkomen.” Het nieuwe kwalificatiedossier geldt sinds 1 september 2020. Voorafgaand werden bij ROC van Twente alle modules herschreven. Vanuit het practoraat zorg & technologie werkte Anne-Ruth daaraan mee. “Een van onze taken is een brug slaan tussen de nieuwste ontwikkelingen en het onderwijs. Daarom zit ik ook in de curriculumgroep, om te helpen zorgtechnologie in het onderwijs in te bedden.”
Zorgtechnologie een van de thema’s
Het practoraat benaderde de schrijvers van de modules. “We benoemden de aanknopingspunten die we zagen voor technologie. En we gaven concrete voorbeelden van technologie, om in het lesmateriaal op te nemen.” Anne-Ruth vertelt dat zorgtechnologie eerder ook wel aandacht kreeg. “Maar dan hing het af van de kennis en interesse van de docent. Nu zijn de meeste modules opgebouwd rondom de zorgvrager en is zorgtechnologie een van de thema’s. En kunnen docenten er dus niet omheen. Behalve als zorgtechnologie een apart hoofdstuk in de module is. Dan slaan docenten het nog wel eens over als ze niet genoeg tijd hebben. Ook in de casussen komt zorgtechnologie steeds meer terug.” Het doel is dat zorgtechnologie straks in álle modules en casussen een plek heeft. Daar werkt het practoraat aan.
Voor mensen willen zorgen
Als docent-onderzoeker staat Anne-Ruth zelf ook voor de klas. Twee dagen per week geeft ze les aan eerste- en tweedejaars. Ze ziet dat de nieuwe lichting studenten zorgtechnologie al ‘best normaal’ vindt. “Dat is hoopvol! En echt anders dan een paar jaar geleden. Als je een opdracht geeft, komen studenten ook sneller met zorgtechnologie als oplossing. Zelfs eerstejaars.” Tegelijkertijd is de inzet van technologie nog lang niet vanzelfsprekend. “Dat komt door het beeld dat studenten hebben. Ze kiezen voor een zorgopleiding omdat ze voor mensen willen zorgen. Het menselijke contact, aan het bed staan, de verpleegkundige handelingen, daar gaan ze voor. Ze denken helemaal niet aan technologie.”
Weten dat technologie een mogelijkheid is
Aan de school dus de taak te zorgen dat studenten wél aan technologie denken. “Ons doel is dat studenten zich bij elk probleem van een zorgvrager afvragen of ze zorgtechnologie kunnen gebruiken”, vertelt Anne-Ruth. “Je wilt dat het een automatisme wordt. Dat studenten weten dat technologie een mogelijkheid is.” Maar, benadrukt ze, óók zorginstellingen moeten het gebruik van technologie promoten. “Studenten moeten technologie in de praktijk tegenkomen. Het is heel eenvoudig: als zorginstellingen technologie inzetten in de dagelijkse praktijk, gaan onze studenten daar gewoon in mee. Als zorginstellingen niet met zorgtechnologie werken, zullen onze studenten – een enkeling daargelaten – het ook niet doen.”
Niet leeftijdsgebonden
Of de huidige generatie studenten makkelijker met zorgtechnologie omgaat, betwijfelt Anne-Ruth. “Ik denk eigenlijk niet dat het leeftijdsgebonden is. Ik zie veel studenten die geen digitale mapjes kunnen maken. Of die niet weten hoe hun prachtige MacBook werkt. Het heeft eerder met de persoon te maken: is iemand bereid om zich in technologie te verdiepen? Die bereidheid hangt weer nauw samen met nieuwsgierigheid. Aan ons om studenten nieuwsgierig te maken.” Dan helpt het om de eigen leefwereld van de student erbij te betrekken. “Best veel studenten hebben bijvoorbeeld een slimme deurbel thuis. Maar dat een slimme deurbel ook handig is voor een zorgvrager bedenken ze niet. Het is een eyeopener als ik die link leg.”
Ga op zoek
Het practoraat zorg & technologie ondersteunt ook collega-docenten. Anne-Ruth: “Toen we het onderwijs aan het nieuwe kwalificatiedossier hadden aangepast, hebben we een paar bijeenkomsten voor docenten georganiseerd. Over de tien zorgtechnologieën die in de eerste periode aan bod kwamen. Zodat de docenten daar goed mee overweg konden.” Collega’s kunnen ook altijd bij het practoraat terecht voor advies. Maar het allerbelangrijkste wat Anne-Ruth haar collega’s meegeeft, is ‘ga op zoek’. “Technologie ontwikkelt razendsnel. Iets wat je nu inzet, gebruiken we over twee jaar misschien al niet meer. Ook ik ken niet alle mogelijkheden. Maar als ik met een casus bezig ben, ga ik op zoek. Bestaat hier zorgtechnologie voor? Ik hoop dat collega’s dat ook gaan doen. Want dat willen we uiteindelijk ook onze studenten leren.”
Tekst: Ingrid Brons