Foto: Andra Teljeur
In 2021 ging het project ‘Digitale vaardigheden’ van start bij vvt-organisatie Woonzorg Flevoland. Het doel? De digivaardigheden van zorgmedewerkers versterken. Hiervoor werden digicoaches aangesteld. ‘Een van de collega’s die digicoach is geworden, was juist zelf niet zo handig op digitaal gebied. Zij kon zich daardoor goed verplaatsen in de doelgroep!’, vertelt teammanager Andra Teljeur.
Waarom zijn jullie gestart met het verbeteren van digitale vaardigheden binnen de organisatie?
‘Omdat de managers en onze directeur thuiszorg merkten dat een deel van medewerkers niet digivaardig was. We verwachten eigenlijk dat iedereen kan werken met de digitale middelen, maar de zorg is zo erg veranderd de afgelopen jaren dat het helemaal niet gezegd is dat de zorgmedewerkers dat ook kunnen. Daarom besloten we te onderzoeken hoe het daadwerkelijk met de digivaardigheden van medewerkers was gesteld. We hebben toen een enquête uitgezet bij de zorgmedewerkers met als belangrijkste vraag: hoe digivaardig denk je zelf dat je bent?’
Hoe hebben jullie de enquête aangepakt?
‘De enquête is gemaakt door een stagiair, die veel onderzoeken moest doen in zijn opleiding. De zorgmedewerkers konden de enquête digitaal of op papier invullen. Omdat Woonzorg Flevoland een open cultuur heeft, gingen we ervanuit dat dit ook eerlijk werd ingevuld.
Uit de verzamelde resultaten bleek dat we inderdaad iets moesten met de digivaardigheid van medewerkers.’
Wat was de volgende stap?
‘We besloten digicoaches in te zetten die de medewerkers konden helpen bij het verbeteren van hun digitale vaardigheden. Per manager hebben we één digicoach beschikbaar bij Woonzorg Flevoland, dus vier digicoaches in totaal. We wilden graag dat de digicoaches uit onze eigen zorgteams kwamen, om de lijnen kort te houden. We hebben in de organisatie de vraag gesteld wie graag deze rol wilde vervullen. Een van de collega’s die digicoach is geworden, was juist zelf niet zo handig op digitaal gebied. Zij kon zich daardoor goed verplaatsen in de doelgroep; ze wist uit eigen ervaring waar de drempels lagen.’
Op welke manier zijn de digicoaches voorbereid op hun nieuwe rol?
‘De collega’s die zich hadden aangemeld, hebben met elkaar een training gevolgd. Het was zes dagen ploeteren! In de training werd gefocust op hoe je nieuwe kennis of vaardigheden op een fijne manier aan een ander overbrengt. Daarnaast trainden zij hun eigen digitale vaardigheden. Vooral voor de wat minder digivaardige collega was het spannend hoe de training zou uitpakken, maar ze kon altijd vragen stellen. Soms kwam er wat extra spanning bij haar naar boven, bijvoorbeeld als er een nieuwe app gelanceerd werd in de organisatie. Dat is eigenlijk precies wat er gebeurt bij niet zo digivaardige medewerkers. Het gaat nu trouwens heel goed met haar digitale vaardigheden!’
Hoe gaan de digicoaches te werk?
‘De digicoaches doen dit naast hun werk als zorgmedewerker. Ze geven bijvoorbeeld aan dat ze in de middag werken als digicoach en collega’s kunnen dan binnenlopen of een afspraak maken via Intranet. En ze maken regelmatig een rondje op locatie. Ze geven dan ook advies, als ze zien dat iemand ergens mee worstelt. Hun aanpak is heel laagdrempelig. Ze spreken bijvoorbeeld van “het bekijken van digitale vaardigheden” en niet van “toetsen”, want dan kunnen mensen in de stress schieten. Op Intranet hebben de digicoaches een groep, waarin ze materiaal, waaronder van Digivaardigindezorg.nl, kunnen delen en met elkaar kunnen sparren.’
Wat is volgens jou de meerwaarde van digicoaching?
‘De digicoaches hebben binnen een jaar ongeveer 90 procent van de medewerkers kunnen helpen.
Het is voor de medewerkers superfijn dat er iemand aanwezig is op wie ze altijd beroep kunnen doen. Ze ervaren minder druk als ze iets digitaals moeten doen en ze ervaren uiteindelijk ook minder werkdruk, omdat de taak sneller afgerond is, dankzij hun toegenomen digivaardigheden. Als er bijvoorbeeld een vragenlijst moet worden ingevuld voor een cliënt, kunnen medewerkers nu naar de cliënt gaan en meteen de vragenlijst invullen op hun telefoon, in plaats van veel stappen met papierwerk tussendoor te doen. Er is een groep die na een korte inzet van de digicoaches goed uit de voeten kan met digitale middelen en zij kunnen ook collega’s weer helpen. We verstrekken langduriger digicoaching aan degenen die het meer nodig hebben. Maar soms kunnen we iemand ook niet volledig digivaardig maken.’
Niet alle medewerkers hoeven dus digivaardig te zijn?
‘Digivaardigheid is geen vereiste bij ons, maar een wens. We vragen al zoveel van medewerkers, naast de directe zorgverlening: rapporten schrijven, uren schrijven. Mijn insteek is dat we graag willen helpen, maar als iemand écht niet wil of kan, dan moeten we dat ook accepteren. We willen immers ook niet dat mensen stoppen met werken in de zorg. Maar ik zeg wel altijd: “Je kop gaat er niet af als je iets niet meteen kan! Ik heb liever dat je een goede zorgmedewerker bent en dan bekijken we hoe we het digitale stuk samen kunnen oplossen.” Je hoeft niet alles perfect te kunnen. We merken wel een olievlek effect door de digicoaches: de medewerkers zijn digitaal vaardiger en kunnen daardoor ook weer minder digitaal vaardige collega’s helpen.’
Hoe nu verder?
‘Het versterken van digivaardigheden is een continu proces. We hebben nu bijvoorbeeld in het inwerkprogramma voor nieuwe medewerkers geschreven: maak een afspraak met de digicoach. Ik vraag ook aan nieuwe medewerkers of ze digicoaching gedaan hebben en hoe dat ging. Als teammanagers hebben we de taak om, samen met de digicoaches, zoveel mogelijk medewerkers digitaal vaardig te maken. We denken ook alweer na over nieuwe stappen. Zo zijn we alert op vernieuwingen en onderzoeken we nu ook of bijvoorbeeld e-learnings een goed idee zijn.’